De gedetailleerde analyse van de verschillen per programma zijn toegelicht in de verschillende programma's in het onderdeel jaarrekening. De belangrijkste verschillen zijn hieronder toegelicht:
Programma 0
Hogere opbrengst algemene uitkering van € 232.000.
Daarnaast heeft in verband met een hogere rekenrente een onttrekking aan de pensioenvoorziening wethouders plaatsgevonden. Een hogere rekenrente betekent een lager benodigde pensioenvoorziening, dit betreft een voordeel van € 145.000.
Programma 1
Lagere kosten veiligheidsregio IJsselland van € 80.000.
Programma 2
Hogere opbrengsten voor aanleg van kabels en leidingen van € 75.000 door vergoedingen voor glasvezelnetwerk en vergoedingen nutsbedrijven.
Programma 3
Hogere opbrengsten toeristenbelasting, € 35.000. Er hebben meer toeristische overnachtingen plaatsgevonden dan werd verwacht (en begroot).
Programma 4
Lagere kosten en hogere opbrengsten voor Peutergroepen en Onderwijs Achterstand Beleid (OAB), € 63.000.
Programma 5
In dit programma zijn op de verschillende taakvelden voor- en nadelen van vergelijkbare omvang, waardoor er niet één of twee echte uitschieters zijn. De voordelen op de taakvelden betrekking hebbende op sport, cultuur en groen zijn per saldo hoger dan de nadelen.
Programma 6
Lagere kosten inkomensregelingen. Het aantal uitkeringsaanvragen vertoont een dalende lijn. Dit geldt voor zowel de Participatiewet- en IOA-uitkeringen als de bijstandsverlening zelfstandigen. Door een mutatie van de vorderingen, een vrijval van de uitvoeringskosten en hogere opbrengst terugvorderingen is een positief resultaat van in totaal € 174.000 behaald.
Daarnaast is er sprake van lagere kosten jeugdzorg en een hogere opbrengst (zorg in natura), € 278.000.
Programma 7
Lagere lasten voor het taakveld volksgezondheid en het taakveld milieu in verband met minder specialistische externe expertise voor complexe dossiers.
Programma 8
Lagere baten omgevingsvergunningen. In 2021 zijn er geen grote projecten geweest, waardoor we een lagere opbrengst hebben gerealiseerd dan begroot € 100.000 (nadeel).
Programma 9
Lagere automatiseringskosten. In de voortgangsrapportage is € 331.000 aanvullend budget opgenomen, echter resteert er in 2021 een voordeel van € 148.000. Diverse projecten zijn uitgesteld in 2021.
Algemeen
Op het onderdeel loonsomsturing is een voordelig saldo behaald van € 366.000. De loonsomsturing wordt nader toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering.
Extra dotatie voorziening gebouwenbeheer. Het is niet toegestaan om het bedrag uit de reserve gebouwenbeheer volledig over te hevelen naar de voorziening gebouwenbeheer. Hierdoor moeten we in 2021 in totaal € 191.000 extra doteren (nadeel).
Korte toelichting reservepositie:
De vrij besteedbare reserves
De algemene reserve ad € 3,4 miljoen vormt de buffer voor opvang van incidentele nadelen en het weerstandsvermogen. Zie hiervoor ook de paragraaf weerstandsvermogen en risicomanagement. Voor de reserve grondexploitatie geldt de bepaling dat deze minimaal een stand moet hebben van 30% van de waarde van de gronden die niet in exploitatie zijn genomen. De reserve grondexploitatie heeft eind 2021 een saldo van € 3,1 miljoen. Feitelijk is de reserve zonder bestemming vrij beschikbaar.
De reserve zonder bestemming heeft eind 2021 een saldo van € 5,1 miljoen. Een gedeelte hiervan dient als dekking voor investeringen (projecten) waar de raad reeds toe besloten heeft, maar nog niet zijn uitgevoerd. Het resultaat 2021 wat niet bestemt wordt, dient hier nog aan toegevoegd te worden. De reserve zonder bestemming is met name toegenomen door het positieve resultaat in 2020, hierdoor hoefde het geraamde tekort van € 2 miljoen voor 2020 niet uit de reserve nadelig rekening saldo gedekt te worden.
Het eindsaldo van de vrij besteedbare reserves (algemene reserve, reserve zonder bestemming en de reserve grondexploitatie) is per eind 2021 € 11,6 miljoen. Het begrote saldo eind 2021 was volgens de begroting 2022 € 10,2 miljoen.
Rechtmatigheid
De rechtmatigheid wordt getoetst aan de hand van het door de raad vastgestelde normenkader. Onder rechtmatigheid wordt verstaan het naleven van interne -en externe regelgeving. Bij een aantal programma's is er sprake van overschrijdingen. Deze overschrijdingen worden toegelicht en passen binnen het bestaande beleid van de gemeente Staphorst, hetgeen inhoudt dat er geen sprake is van begrotingsonrechtmatigheid.
Wet- en regelgeving
Bij de samenstelling van de jaarstukken is de geldende regelgeving op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording en de uitleg hiervan in de Vraag & Antwoord rubriek van het BBV (www.commissiebbv.nl) tot en met 2021 toegepast.