Arbobeleid/werkomstandigheden
Eind 2019 is er een risico inventarisatie- en evaluatie (RI&E) opgesteld. In 2020 is er door de coronacrisis geen uitvoering gegeven aan het plan van aanpak van deze RI&E. Dit is in 2021 opgepakt. Het belangrijkste punt, het opstellen van een integraal arbobeleid is inmiddels afgerond. Daarin is aandacht voor de inrichting van de werkplekken op het gemeentehuis, de thuiswerkplekken, de werkplekken op de werf, het dienstencentrum, de sporthal en gymzaal, en voor de vraag ‘hoe om te gaan met agressie?’ In 2021 zijn naast het integraal arbobeleid de volgende punten opgepakt en afgerond:
- Een beleid omtrent alcohol, drugs en medicijnen (ADM-beleid) is opgesteld en vastgesteld.
- Er is een machine-RI&E uitgevoerd bij de buitendienst met een positief resultaat. De staat van onderhoud van de machines verdiende een groot compliment.
- In het kader van het Veiligheidsprotocol en hoe wij als gemeente omgaan met agressie is een stand-by team opgericht. Zij hebben begin 2022 een training gehad 'hoe om te gaan met agressie', de implementatie van het Veiligheidsprotocol vindt plaats medio 2022.
- De brochure ziekteverzuim is aangepast en is definitief vastgesteld in het MT, na instemming van de OR.
- De regeling thuiswerken is vervangen door een nieuwe regeling plaats- en tijdonafhankelijk werken met als titel “werken vanuit vertrouwen”. Een regeling die uitgaat van een meer hybride vorm van werken.
Loonsomsturing/formatie
In 2021 zijn wij verder gegaan met het optimaliseren van de processen, bijbehorende applicaties en het beheer daarvan. Zodat op gewenste momenten beschikt kan worden over actuele en betrouwbare gegevens en over rapportages die (mede) gericht zijn op de formatie (formatiesturing). Bij de inrichting van dit beheer wordt rekening gehouden met de nog nader af te stemmen informatiebehoefte vanuit de organisatie, auditcommissie en raad.
Personeelsformatie in fte's
Organisatie onderdeel |
Formatieboek 2021 |
College + griffie + Babsen |
4,76 |
Gemeentesecretaris |
1,00 |
Bestuur & Managementondersteuning |
67,38 |
Fysieke Leefomgeving |
68,87 |
Samenleving |
29,81 |
Totaal |
171,82 |
In het formatieboek 2021 is 171,82 fte opgenomen. De werkelijke invulling van deze formatie heeft voor 149,17 fte (€ 11.042.000) door personeel in loondienst plaatsgevonden en voor een bedrag van € 1.187.000 door het inhuren van personeel.
Ontwikkeling loonsom (x € 1.000)
De begrote loonsom is als volgt opgebouwd:
Primitieve begroting 2021 |
12.011.000 |
Overname van medewerkers van Reestmond |
350.000 |
Taakstelling ivm 3 maanden niet invullen vacatures |
-135.000 |
Resultaatbestemming 2020 |
378.000 |
Wijziging na sept 2021: bel.mw duurz.heid |
75.000 |
Begrotingswijziging nav voortgangsrapp. 2021 |
131.000 |
|
12.810.000 |
Aansluiting formatieboek: |
|
Excl. Budget vergoeding Raadsleden |
-259.000 |
Excl. Voormalig personeel wethouders |
-151.000 |
|
12.400.000 |
De begrote loonsom is geraamd op basis van:
- de maximaal te bereiken inschaling van de medewerkers (inclusief vacatures)
- 2,6% cao- en premiestijging
De werkelijke invulling van de begrote formatie is als volgt:
Loonkosten personeel in dienst (per saldo) |
|
10.847.000 |
Inhuurkosten: |
|
|
ivm vacatures |
552.000 |
|
ivm ziektevervanging |
279.000 |
|
ivm extra werkzaamheden |
356.000 |
|
|
|
1.187.000 |
|
|
12.034.000 |
Bovenstaande betekent dat er een onderuitputting van het loonbudget van € 366.000 is.
Externe inhuur
De totale loonkosten bedroegen in 2021 € 12.034.000:
- € 11.042.000 werkelijke loonkosten personeel in dienst
- € 1.187.000 werkelijke kosten externe inhuur
Daarmee komt het percentage voor externe inhuur in 2021 op 9,71% (kosten externe inhuur afgezet tegen de totale loonkosten), waarmee wij nu onder de beoogde 10% zitten.
Cao Gemeenten 2021-2022
Op 3 november 2021 is een principeakkoord CAO-gemeenten 2021-2022 gesloten. Dit akkoord is op 27 januari 2022 definitief geworden. Een deel van dit akkoord heeft betrekking op het jaar 2021, namelijk een salarisstijging per 1 december 2021 en een eenmalige uitkering over 2021.
Dit betreft een gebeurtenis die begin 2022 definitief is geworden, in 2021 reeds aannemelijk was en ook betrekking heeft op 2021. Het betreft dan ook een last en een verplichting over 2021 die onder de kortlopende schulden is verantwoord.
Conclusie
In de voortgangsrapportage 2021 was de inschatting dat het verwachte resultaat op de loonsom nog 2 ton zou bedragen, maar dat door een inhaalslag op achterstanden en onvoorziene omstandigheden er geen geld zou overblijven op de loonsom. In werkelijkheid is er toch € 366.000 overgebleven op de loonsom. Dit komt met name doordat het aantrekken van gekwalificeerd personeel (in dienst of inhuur) steeds lastiger wordt. Daarnaast zijn er uren op projecten verantwoord, waar geen vervanging tegenover heeft gestaan. De begrote loonsom 2021 is incidenteel opgehoogd met € 378.000 vanuit de resultaatbestemming 2020 vanuit de gedachte dat er in 2021 vanwege het coronavirus extra inzet moest worden ingehuurd om achterstanden weg te werken, echter ook in 2021 heeft corona nog een grote rol gespeeld in de werkzaamheden van het personeel.