Paragraaf 3 - Financiering

Inleiding op de paragraaf

Terug naar navigatie - Inleiding op de paragraaf

Algemeen
Basis vormt de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido). Het doel van deze wet is het bevorderen van een solide financiering en kredietwaardigheid van de decentrale overheden evenals het beheersen van de renterisico’s. Onderdeel van deze wet is de Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo). Uitvoering van de regelgeving vindt plaats door het vaststellen van kaders in het Treasurystatuut. Bovenstaande uitgangspunten worden hieronder nader toegelicht.

1 | Uitvoering financiering

Terug naar navigatie - 1 | Uitvoering financiering

Naast het statuut stelt de Gemeentewet een treasuryparagraaf verplicht in de begroting en jaarrekening. Dit is nader uitgewerkt in artikel 22 van de financiële verordening. Bij de rekening zal in de paragraaf financiering in ieder geval verslag gedaan worden van:
A ) Kasgeldlimiet
B ) Renterisiconorm
C ) EMU saldo
D ) Rentekosten en renteopbrengsten

A ) Kasgeldlimiet
Voor het uitzetten van gelden met een looptijd korter dan een jaar geldt een maximum bedrag. Deze kasgeldlimiet is wettelijk vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal. De gemiddeld in een kwartaal opgenomen vlottende schuld (rekening-courantkredieten, kasgeldleningen) mag dit bedrag niet overschrijden. In 2023 was geen sprake van rekening-couranten en kasgeldleningen.

B ) Renterisiconorm
De renterisiconorm houdt in dat de jaarlijks verplichte aflossingen en renteherzieningen niet hoger mogen zijn dan 20% van het verwachte begrotingstotaal voor 2023 (€ 56 miljoen). In 2023 bedraagt de renterisico norm daarmee € 11,1 miljoen. In 2023 was geen sprake van verplichte aflossingen en renteherzieningen. De gemeente blijft daarom ruim binnen de renterisiconorm.

C ) EMU saldo
Het rijk heeft de gemeentelijke macronorm vertaald naar een individuele EMU-referentiewaarde per gemeente. Voor Staphorst is deze afgelopen jaar gesteld op - € 1,799 mln. De EMU-referentiewaarde is geen norm, maar een indicatie van het aandeel van de gemeente in de gezamenlijke tekortnorm.

In het volgende overzicht de ontwikkeling van het EMU saldo:

  (x €1.000) Rekening 2022 Rekening 2023 Begroting 2024
1 Exploitatiesaldo voor toevoeging aan c.q. onttrekking reserves 6.369 525 -3.312
+ 2 Afschrijvingen t.l.v. de exploitatie 1.469 1.633 2.044
+ 3 Bruto dotaties aan de post voorziening t.l.v. exploitatie 98 339 333
- 4 Uitgaven aan investeringen in (im)materiële activa die op de balans worden geactiveerd 4.380 5.590 11.650
+ 5 De in mindering op onder 4 bedoelde investeringen gebrachte ontvangen bijdragen van Rijk, Provincie of Europese Unie en overigen 34 245 80
+ 6A Verkoopopbrengsten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs) 899 12 -
- 6B Boekwinst op desinvesteringen in (im)materiële vaste activa 533 12 -
- 7 Uitgaven aan de aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. 2.695 970 2.472
+ 8A Verkoopopbrengsten van grond (tegen verkoopprijs) 7.308 1.405 2.451
- 8B Boekwinst op grondverkopen 2.521 415 1.123
- 9 Betalingen t.l.v. voorzieningen 319 560 33
- 10 Betalingen die niet via de exploitatie lopen, maar rechtstreeks
t.l.v. reserves worden gebracht en die niet vallen onder één van de andere genoemde posten
- - -
11 A Gaat u deelnemingen verkopen? Nee Nee Nee
-11B Zo ja, boekwinst bij verkoop van deelnemingen en aandelen - - -
  Berekend EMU saldo 5.729 -3.388 -13.682

D ) Rentekosten en opbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie
Hieronder wordt een opsomming gegeven van alle uitgezette en opgenomen gelden zoals deze opgenomen zijn in de rekening 2023.

Soort (bedragen x € 1.000)
Begin 2023 Mutatie 2023 Eind 2023 Opbrengst 2023 Begroot 2023
Uitgezette gelden op lange termijn 1.017 -25 992 37 968
Uitgezette gelden op korte termijn 27.223 -4.580 22.643 896 11.337
Aandelenbezit 184   184   184
Opgenomen gelden korte termijn 0   0   0
Totaal 28.424 -4.605 23.819 933 12.489

2 | Risicoprofiel

Terug naar navigatie - 2 | Risicoprofiel

Hieronder wordt ingegaan op mogelijke kredietrisico’s bij de gewaarborgde geldleningen, koersrisico’s bij de verschillende beleggingsproducten en een mogelijk valutarisico.

A ) Kredietrisico
Binnen de huidige portefeuille is nauwelijks sprake van enig kredietrisico.

B ) Koersrisico
Binnen de huidige portefeuille is nauwelijks sprake van enig koersrisico. 

C ) Valutarisico
De huidige beleggingen zijn allemaal in Nederlandse bedrijven en producten, waardoor er geen sprake is van valutarisico’s. Uiteraard kunnen de partijen waar de gemeente een belang in heeft overtollige gelden beleggen in buitenlandse beleggingsproducten. Dit zou dan ten koste (of ten gunste) kunnen gaan van de dividendopbrengst. Echter ook deze partijen hebben zich te houden aan de regels die hiervoor binnen het bestuur zijn afgesproken.

3 | Rentetoerekening

Terug naar navigatie - 3 | Rentetoerekening
Soort
2023
Externe rentelasten over kort en lang geld  0
Externe rentebaten  933
Totaal door te berekenen externe rente -933
Doorberekende rente 0
   
Boekwaarde v.d. materiële vaste activa 1 jan  29.316
Boekwaarde v.d. financiële vaste activa 1 jan  1.201
   
Omslagrente (alleen van materiële vaste activa) -3,1826
Omslagrente (van materiële en financiële vaste activa) -3,0573
Doorberekende omslagrente 0%
Bedragen  x € 1.000