Algemeen
In deze paragraaf gaan wij in op het beleidskader en de daaruit voortvloeiende financiële consequenties met betrekking tot de grotere kapitaalgoederen in deze gemeente. Hierbij moet onder andere worden gedacht aan de kosten van instandhouding van: wegen, riolering, water, groen en gebouwen. Een groot deel van het ‘vermogen’ van onze gemeente ligt in de grond of op het openbaar gebied. Het is dan ook van belang dat hierover een zorgvuldig beheer wordt gevoerd. Juist de kwaliteit van het openbaar gebied wordt door de inwoners vaak intensief beleefd.
Paragraaf 2 - Onderhoud kapitaalgoederen
Wegenbeheer
Terug naar navigatie - WegenbeheerA | Beleidskader
15 februari 2022 is het nieuwe wegen(en bermen)beleidsplan 2022 - 2026 vastgesteld.
B | Financiële consequenties beleidsdoel
In het nieuwe beleidsplan is voor de wegen scenario 1 'Voorkeursscenario" met het daarbij behorende jaarlijkse budget vastgesteld. Voor de bermen is scenario 2'Vergroten ecologisch beheer" vastgesteld. Het scenario voor de bermen is naar verwachting uitvoerbaar binnen de bestaande (meerjarige) budgetten.
De reserve wegenbeheer is opgesplitst in betonwegen en asfalt- en elementenverharding. De stand van de reserve is begin 2022 € 7,6 miljoen, waarvan € 4 miljoen voor betonwegen.
Dekking:
- uit de exploitatie een jaarlijkse storting van € 1.075.000
- aanbestedingsvoordelen
In principe vindt er geen dekking meer plaats vanuit de reserve, aangezien wordt voorgesteld om de storting gelijk te stellen aan de kosten in het wegenbeheerplan. Echter bij uitstel van uitvoering of juist het werk eerder uitvoeren dan gepland worden gelden toegevoegd of onttrokken uit de reserve. Bij de uitvoering van werkzaamheden wordt bekeken of werken doorgeschoven kunnen worden naar een later stadium met de gedachte dat prijzen zich weer gaan stabiliseren. Uiteraard zijn er ook werkzaamheden die niet uitgesteld kunnen worden. Door de reserve in tact te houden, kan ingespeeld worden op deze prijsontwikkelingen. Periodiek wordt beoordeeld of de reserve nog van voldoende omvang is om de werkzaamheden in te halen of dat de omvang te hoog is, waardoor middelen kunnen terugvloeien in de algemene reserve.
C | Financiële consequenties in de begroting
Op basis van het wegenbeleidsplan 2022 - 2026 is in de begroting 2023 een bedrag van € 1.075.000 opgenomen.
De kosten van het wegenbeheersplan zoals deze opgenomen zijn in de begroting en rekening bedragen:
Begroot 2023 |
Begroot 2022 |
Werkelijk 2021 |
|
Begroting (= wegenbeheerplan) | 1.075 | 1.039 | 1.024 |
Begrotingswijziging | 8 | ||
Begroting na wijziging | 1.075 | 1.047 | 1.024 |
Hiervan uitgegeven | 328 | ||
(x €1.000) |
Rioolbeheer
Terug naar navigatie - RioolbeheerA | Beleidskader
Het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan-V. 2017-2020 is door de raad vastgesteld op 13 september 2016. Het college heeft vorig jaar besloten om het huidig GRP met een jaar te verlengen. Het huidige Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP V) liep aan het eind van 2020 af. Er zou een nieuw GRP vastgesteld moeten worden met een kostendekkingsplan en een hieruit voortvloeiende rioolheffing. Met de invoering van de nieuwe Omgevingswet komt het GRP in z’n huidige vorm te vervallen en wordt omgezet in een Omgevingsplan of Omgevingsplan Riolering en Water. De inwerkingtreding van de Omgevingswet is opnieuw uitgesteld en daarmee is het opstellen van een Omgevingsplan ook lastiger geworden. Om iets meer tijd te nemen voor het opstellen van een Omgevingsplan (Riolering en Water) is het huidige GRP V te verlengd.
B | Financiële consequenties beleidsdoel
Op basis van een kostendekkingsplan riolering 2023-2026 zijn de kosten en opbrengsten inzichtelijk gemaakt. De rioolheffing wordt vastgesteld op € 208,-.
C | Financiële consequenties in de begroting
De kosten van maatregelen die zijn opgenomen in het kostendekkingsplan riolering 2023 - 2026, worden gedekt uit de te verkrijgen rioolheffing en reserve rioolbeheer.
Waterbeheer
Terug naar navigatie - WaterbeheerA | Beleidskader
Grondwaterbeleid
Betrokken partijen: waterschap en gemeente Staphorst hebben gezamenlijk beleid ten aan zien van het water vastgelegd en coördineren de uitvoering. Hierbij is aansluiting gezocht met het vGRP-V.
Hemelwaterbeleid
De wettelijke basis voor de gemeentelijke zorgplicht inzake hemelwater staat verwoord in artikel 3.5 van de Waterwet.
B | Financiële consequenties beleidsdoel
Op basis van een kostendekkingsplan riolering 2023-2026 zijn de kosten en opbrengsten inzichtelijk gemaakt.
C | Financiële consequenties in de begroting
De kosten van maatregelen die worden opgenomen in het GRP-V en bij de doorkijk voor de rioolheffing 2023-2026, worden gedekt uit de te verkrijgen rioolheffing en reserve rioolbeheer.
Groenbeheer
Terug naar navigatie - GroenbeheerA | Beleidskader
Het groenbeleidsplan 2019-2030 is door de raad vastgesteld op 26 februari 2019.
B | Financiële consequenties beleidsdoel
De uitvoering van het Groenbeleidsplan Staphorst 2019-2030 leidt tot invulling van met name investeringen. In het nieuwe groenbeleidsplan zijn nieuwe projecten voorgesteld. Voor de diverse projecten zijn in voorgaande begrotingen dekkingsmiddelen opgenomen. Voor nieuwe projecten wordt separaat dekking opgenomen in de begroting.
C | Financiële consequenties in de begroting
De structurele exploitatielasten voor het onderhoud van het openbaar groen zowel binnen als buiten de bebouwde kom bedragen voor 2023: € 651.000. De incidentele budgetten kunt u terugvinden in programma 5 (dekking reserve).
Begroting 2023 |
Begroot 2022 |
Werkelijk 2021 | |
Bedrag |
651 | 644 | 689 |
(x €1.000) |
Gebouwenbeheer
Terug naar navigatie - GebouwenbeheerA | Beleidskader
Het gebouwenbeheerplan voor de periode 2020 - 2024 is door de raad vastgesteld op 17 november 2020. Op basis van het meerjaren onderhoudsplan (mjop) zijn de ramingen in de begroting 2023 voor het onderhoud aan de gemeentelijke gebouwen via een daartoe ingestelde voorziening opgenomen. In de beleidsnota "Strategische visie gebouwen 2020-2024" is onder andere bepaald dat een aantal gemeentelijke accommodaties sterk verouderd zijn en technisch in een matige staat van onderhoud verkeren. Daarbij is besloten de betreffende gebouwen niet in hun huidige vorm te onderhouden en (op afzienbare termijn) af te stoten. Het gaat om:
- het Dienstencentrum, Berkenlaan 1;
- de Poele, Kamperfoeliestraat 4a;
- voormalige bibliotheekgebouw, Goudenregenstraat 30 en woning Oude Rijksweg 460;
- woning Gemeenteweg 83.
Besloten is dat bovengenoemde accommodaties/gebouwen geen onderdeel meer uit maken van het gebouwenbeheerplan. Het voormalig bibliotheekgebouw en woning Rouveen en woning Gemeenteweg 83 zullen naar verwachting in 2022 worden verkocht. Op de locatie Berkenlaan 1 worden plannen ontwikkeld voor een appartementencomplex (23 woningen) en een nieuw dienstencentrum (420 m2 b.v.o.). In afwachting van verdere besluitvorming zijn voor de objecten de Poele en het Dienstencentrum minimale onderhoudsbedragen in het beheerplan opgenomen.
De gemeente Staphorst hanteert als beleidsplan om de verduurzaming van gemeentelijke gebouwen aan te laten sluiten bij de natuurlijke bouwkundige en/of installatietechnische onderhoudsmomenten. Een voorbeeld hiervan is het gemeentehuis. Hier is sprake van zowel verduurzaming als onderhoud en herinrichting. Door verschillende ontwikkelingen, zoals de oorlog in Oekraïne, zijn in de afgelopen periode de energielasten extreem gestegen. Zo diende het met de regiogemeenten gezamenlijk afgesloten contract met Gazprom per 1 oktober ontbonden te worden. Door deze hoge energieprijzen zijn de terugverdientijden van de te nemen verduurzamingsmaatregelen korter geworden, waardoor het eerder rendabel is om los van de beleidslijn: het natuurlijke moment maatregelen te nemen, zoals extra isolatie, plaatsing zonnepanelen et cetera. Komend jaar gaan we volop aan de slag met de uitvoering van verduurzamingsmaatregelen van de gemeentelijke gebouwen, zoals het gemeentehuis, de sporthal, gymlokalen en openbare werken. Op het gemeentehuis zullen naast de geplande zonnepanelen, bijvoorbeeld extra zonnepanelen geplaatst worden. Wanneer aan de orde, komen we met een raadsvoorstel voor extra krediet voor verduurzaming, er is nog een restantkrediet van een al eerder door de raad beschikbaar gesteld krediet.
B | Financiële consequenties beleidsdoel
In het gebouwenbeheerplan zijn de totale onderhoudskosten over de komende planperiode tot en met 2029 meerjarig meegenomen, zodat de gemiddelde kosten hierover bepaald konden worden. Voor bepaling van de hoogte van de dotatie wordt uitgegaan van het begrotingsjaar (t) + 3. Deze dotaties worden jaarlijks ten laste van de exploitatie gebracht. Door middel van de voorziening gebouwenbeheer, waar de jaarlijks gemaakte kosten voor groot onderhoud aan onttrokken worden, zijn de kosten gedekt. Het kleine dagelijkse onderhoud wordt rechtstreeks ten laste van de exploitatie gebracht.
C | Financiële consequenties in de begroting
In het raadsbesluit van 17 november 2020 is besloten om de totale reserve groot onderhoud gebouwen in te zetten als startbedrag van de voorziening gebouwenbeheer. Echter is het vormen van een voorziening, waarbij gebruik gemaakt wordt van een startbedrag, wettelijk gezien niet mogelijk. Derhalve is bij het vaststellen van de nota reserves en voorzieningen besloten de reserve gebouwenbeheer op te heffen en de hoogte van de dotatie aan de voorziening, welke gedekt wordt uit de exploitatie, voor 2023 te bepalen op basis van de gemiddelde verwachte uitgaven voor de jaren 2023-2026 (€ 386.000) . Deze dotatie is in 2023 eenmalig aanvullend verhoogd (€ 27.000), zodat er aan het eind van 2023 geen sprake zal zijn van een negatief saldo van de voorziening gebouwenbeheer.
Soort | Begroting 2023 |
Begroting 2022 |
Werkelijk 2021 |
Voorziening gebouwenbeheer | 413 | 413 | 413 |
(x €1.000) |