Aanbieding

Aanbieding

Terug naar navigatie - Aanbieding

Aanbieding
Bijgaand bieden wij uw raad de zomernota 2019 ter behandeling aan.  Het uitbrengen van een zomernota is formeel geregeld in de Financiële Verordening. Deze nota wordt u digitaal aangeboden.

Doel zomernota
Doel van deze zomernota is dat ons college uw raad inzicht verstrekt over:
1.  de voortgang van de begroting 2019, zowel beleidsmatig als financieel. Dit als voorloper op de jaarstukken 2019;
2.  de uitkomst van de concept-begroting 2020 eveneens beleidsmatig en financieel; de opmaat voor de begroting 2020 en meerjarenraming 2021 - 2023.

De zomernota vormt hiermee:
- de schakel tussen de  hierboven genoemde wettelijk verplichte p & c documenten (jaarstukken en begroting)  en;
- het instrument waarmee invulling wordt gegeven aan het dualistische stelsel waarbij uw raad in de gelegenheid wordt gesteld om in een vroegtijdig stadium op hoofdlijnen over het beleid voor 2020 te discussiëren en daarmee uitvoering te geven aan uw kaderstellende rol.

Coalitieakkoord 2018 - 2022
Een belangrijke basis voor de samenstelling van de zomernota is het coalitieakkoord 'Samen, voor elkaar!'. Hierin zijn de in het akkoord opgenomen en vastgestelde beleidskeuzes door ons college uitgewerkt en opgenomen.

Uitkomsten (financieel) van deze zomernota (globaal)
begroting 2019: voortgang
Er wordt, op basis van de stand per eind mei en de verwachting over het verloop van het kalenderjaar, een nadelig rekeningsaldo 2019 van € 0,9 miljoen verwacht.   


begroting 2020: concept
De concept-uitkomst van de begroting voor het jaar 2020 sluit met een nadelig saldo van € 4,8 miljoen. Meerjarig (jaren 2021 - 2023)  loopt dit tekort op naar € 5,3 miljoen in 2022. 

Korte analyse op de begrotingsuitkomst
In de concept-begroting 2020 en volgende hebben zich een aantal negatieve financiële ontwikkelingen voorgedaan die in belangrijke mate debet zijn voor deze tekortsituatie zoals: hogere kosten voor uitvoering van het sociaal domein, idem van het werkvoorzieningschap Reestmond, het gewenste nieuwe beleid ter uitvoering van het coalitie-akkoord en stijging van de personeelslasten.  Aan de inkomstenkant betreft dat de geringe toename van de algemene uitkering uit het gemeentefonds.      
De financiële positie van onze gemeente is hierdoor voor het komende en daarop volgende jaren minder rooskleurig geworden.  In het vervolg van deze zomernota vindt u een nadere analyse van deze ontwikkeling en de uitkomsten hiervan.

Ombuigingsvoorstellen
Ons college heeft inmiddels een eerste serieuze start gemaakt met het ontwikkelen en voorbereiden van ombuigingsmaatregelen op basis van een zevental zoekrichtingen. Dit met het doel om het tekort op te heffen en uiterlijk in 2023 een structureel sluitende begroting te hebben.

Niet structureel sluitende begroting 2020 en volgende jaren
Voor onze gemeente is er sprake van een bijzondere financiële situatie namelijk dat het komende jaar, en dat is uniek, er geen structureel sluitende begroting wordt aangeboden. Het sluitend maken vindt plaats door middel van een incidentele dekkingsmiddel namelijk uit de reserve zonder bestemming. Dit is geen reddingsboei; uiterlijk in het jaar 2023 dient de begroting weer structureel dekkend te zijn. Structureel dekkend wil zeggen dat structurele lasten door structurele baten worden gedekt. 

Gemeentebrede problematiek
Overigens en dat zal u niet zijn ontgaan, is de hierboven geschetste problematiek gemeentebreed, dus landelijk aan de orde. 

Dilemma's en keuzes
Dat gegeven (gemeentebreed problematiek) ontslaat ons niet van de plicht om een structureel sluitende begroting te hebben.  Kortom, deze tekort-situatie in de begroting en meerjarenraming stelt ons college en uw raad voor dilemma's. Immers er worden van ons college voorstellen en uw  raad besluiten verwacht gebaseerd op te maken keuzes die onaantrekkelijk zijn voor onze inwoners zoals verlaging voorzieningen(niveau), bijstellen ambities en verhoging inkomsten. In de begin oktober door ons college aan te bieden formele begroting 2020  en meerjarenraming 2021 - 2023 wordt in dekking(svoorstellen) voorzien. 

Status van de nota
Wij wensen uw raad bij dit traject nauw te betrekken. Mede hierom is het traject van deze zomernota, gelet op bovenstaande, anders dan gebruikelijk in voorgaande jaren. Deze zomernota wordt  opiniërend en besluitvormend in uw raad behandeld.  Na de opiniërende behandeling op 9 juli is er tijd en ruimte om in de besluitvormende vergadering op 10 september op basis van voortschrijdend inzicht en/of aanvullende informatie eventueel nieuwe aanvullende zienswijzen in te brengen.    

Besluitvorming en voorstel
De raad besluit:

1. de begroting 2019 te wijzigen zoals voorgesteld in deze zomernota 2019 (zie blz. 11 t/m 13) en het te verwachten nadelig saldo over 2019 ad. € 0,9 miljoen te dekken uit de reserve zonder bestemming;

2. de formatieve knelpunten binnen de huidige formatie in te vullen zoals toegelicht in de zomernota 2019 (hoofdstuk 'formatieve knelpunten' waarbij per saldo:
     a. voor het jaar 2019 beschikbaar wordt gesteld: € 27.500 en
      b. in de begroting 2020 op te nemen: € 741.000);

3. kennisnemen van de concept-begrotingsuitkomst voor het jaar 2020 van € 4,8 miljoen en meerjarig oplopend naar € 5,1 miljoen in 2023;

4. in te stemmen met het nader uitwerken in de begroting en meerjarenraming van een zevental zoekrichtingen waarbij ombuigingsvoorstellen zijn gedaan tot een bedrag van € 4,2 miljoen op de volgende onderdelen en beleidsvelden:
- beheer;
- verbeteren inkomenspositie;
- bedrijfsvoering;
- inzet reserves;
-
sociaal domein;
-
schrappen nieuw beleid en
- nader te onderzoeken mogelijkheden.       

5.  er mee in te stemmen dat de begroting voor het jaar 2020 niet reëel en structureel in evenwicht zal zijn;  

6.  het college op te dragen dat uiterlijk in het jaar 2023 er sprake is van een reëel en structureel sluitende meerjarenraming;

7.  het tekort over de periode 2020 tot en met 2022 te dekken met een onttrekking uit de reserve zonder bestemming;

8.  de zomernota 2019 voor het overige ter kennis aan te nemen.     

 


Staphorst, 27  juni 2019


College van Burgemeester en Wethouders

mr. A. Mussche                                   , waarnemend burgemeester


drs. H. Burcksen                                , loco-secretaris