Onze gemeente heeft een goede en robuuste financiële positie. Dat valt o.a. af te leiden uit het weerstandsvermogen die als uitstekend wordt gekwalificeerd, de ruime reservepositie en de relatief lage tarieven van de onroerende zaakbelastingen. Daarmee is niet alles gezegd. Er moet rekening worden gehouden met (landelijke) ontwikkelingen die zich aandienen en die ook voor onze gemeente gevolgen kunnen hebben.
In de eerste plaats betreft het ontwikkelingen in de sfeer van de inkomsten en uitgaven.
a. inkomstenkant
- de aanspraak die door de gemeenten wordt gedaan op de ruimte (plafond) in het btw-compensatiefonds wordt door de gunstige economische ontwikkeling van de conjunctuur groter. Immers ook gemeenten investeren meer. De keerzijde daarvan is dat de ruimte in het plafond afneemt; dus een lagere algemene uitkering uit het gemeentefonds.
b. uitgavenkant
- er lijkt zich een tendens af te tekenen dat de kosten voor het sociaal domein (jeugdzorg en abonnementstarief WMO) toe zullen nemen. Dit geeft twee effecten.
1. het is niet op voorhand aan te geven of de nadelige afwijkingen binnen de daarvoor gevormde reserve kunnen worden opgevangen.
2. wanneer sprake is van een structurele kostenstijging moet dit in de eerstvolgende begroting worden geraamd waardoor het beslag op de algemene middelen lager wordt.
Het mede financieren van kosten vloeit voort uit het InterBestuurlijk Programma (IBP). Hierbij is afgesproken dat de 3 overheidslagen (rijk, provincie en gemeente) gezamenlijke een groot aantal maatschappelijke opgaven zoals: klimaat, vitaal platteland, regionale economie als versneller, Nederland en migrant goed voorbereid enz. op te gaan pakken. De uitvoering hiervan brengt hogere uitgaven met zich mee. In deze begroting is de financiële vertaling van deze opgaven niet opgenomen, mede door het ontbreken van financiële concreetheid.
Ten tweede onze specifieke financiële eigenheid.
a. reservepositie
Het totaal van de reserves waartoe formeel is besloten bedraagt eind 2020 op begrotingsbasis: € 40 milj. Hiervan is bijna € 6 milj. vrij beschikbaar. Dit is exclusief de dekking van het nieuwe beleid ten laste van de reserves in 2019 tot en met 2022 en toevoegingen uit de verkregen winst op grondexploitaties.
b. dekking afschrijvingslasten
In onze gemeente worden de jaarlijkse afschrijvingslasten van een groot aantal gemeentelijke gebouwen (schoolgebouwen) en Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut (zoals wegen/fietspaden) gedekt uit een daarvoor bestemde reserve. Bij vervanging moeten er nieuwe dekkingsmiddelen worden aangewezen. Dat kan mogelijk weer uit een vrij beschikbare reserve of moet uit de exploitatie worden gedekt.
Samenvattend
De financiële begrotingspositie van de gemeente Staphorst is gezond wat een positief gegeven is. Wel moet er aandacht zijn voor:
1. zowel aan de inkomsten- als de uitgavenkant zijn er (landelijke) ontwikkelingen die de budgettaire ruimte in de gemeentelijke begroting de komende jaren onder druk kunnen zetten;
2. het kunnen beschikken over grote vrij beschikbare reserves is beperkt;
3. doordat relatief veel investeringen worden gedekt uit reserves betekent dat te zijner tijd bij vervanging/nieuwbouw opnieuw een vrij beschikbare reserve moet worden ingezet of nieuwe structurele budgettaire ruimte in de begroting moet worden gevonden.