Inleidende hoofdstukken
Inleidende hoofdstukken
In dit onderdeel staan de hoofdstukken 1 tot en met 6A van de begroting 2017.
Hoofdstuk 1 | Aanbieding
Hoofdstuk 2 | Procedure- en behandeling begroting 2017
Hoofdstuk 3 | Uitgangspunten- en kerncijfers
Hoofdstuk 4 | Vernieuwing BBV
Hoofdstuk 5 | Zomernota
Hoofdstuk 6 | Programmabegroting
Hoofdstuk 6A | Balans
01 | Aanbieding
01 | Aanbieding
Hierbij bieden wij uw raad ter behandeling aan:
Document | Welk besluit gevraagd? |
Begroting 2017 | Vast te stellen |
Meerjarenraming 2018 - 2020 | In te stemmen met |
Vernieuwing BBV
Op 5 maart 2016 is de regelgeving tot vernieuwing van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) een wettelijk feit geworden. Via de voorgaande P&C documenten is deze ontwikkeling al aangekondigd. De uitwerking van deze vernieuwingsvoorschriften geeft veel veranderingen te zien. Op deze plaats volstaan wij met het vermelden van drie belangrijke:
- De cijfermatige vergelijkbaarheid binnen de programma’s wordt sterk bemoeilijkt omdat de kosten van de overhead (leidinggevende en ondersteunende functies) met ingang van 2017 op 1 post moeten worden geraamd;
- Alle investeringen moeten worden geactiveerd waardoor geen eenmalige dekking meer is toegestaan;
- Aanpassingen in de programma’s: een nieuw programma overhead, verandering van tenaamstelling(en) en enkele verschuivingen binnen de programma’s.
- Verplichte opname van een 50-tal indicatoren bij de 10 programma's.
Zomernota 2016
Als onderdeel van de P&C cyclus is dit jaar voor de tweede maal de zomernota door uw raad behandeld. In de werkgroep P&C zal deze worden geëvalueerd.
Financiën
1. Uitkomst begroting - meerjarenraming
De begroting 2017 sluit met een positief saldo van € 42.000. Een sluitende begroting houdt in dat de ramingen realistisch en volledig zijn en dat de structurele lasten door structurele baten worden gedekt. De meerjarenraming 2018-2020 laat ook ruime positieve saldi te zien. Deze uitkomsten worden voornamelijk veroorzaakt door een voorziene stijging van de algemene uitkering. In de praktijk zijn deze ramingen ieder jaar opnieuw weer aan soms forse fluctuaties onderhevig, mede vanwege de koppeling aan de rijksuitgaven.
2. Consequentie vernieuwing BBV: nieuwe reserve in begroting
De vernieuwde regelgeving brengt met zich mee dat er een nieuwe reserve 'reserve afschrijving investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut' in deze begroting is opgenomen. Hiermee wordt de bestendige gedragslijn ten aanzien van eenmalige dekking uit reserve(s) van deze investeringen gecontinueerd.
3. Nieuw beleid
In de begroting zijn dekkingsmiddelen opgenomen voor nieuw beleid. Het gaat om nieuwe investeringen zoals het in stand houden van de fysieke infrastructuur in de openbare ruimte, vervanging materieel en voorbereiding op nieuwe wetgeving met een totaalbedrag van bijna € 3,8 milj. Daarnaast is er nog voor bijna € 7,5 milj. in deze begroting opgenomen die bij voorgaande begrotingen wel zijn geraamd maar nog niet uitgevoerd zijn.
4. Sociaal domein
Bij de invoering van de 3 decentralisaties was sprake van grote onzekerheden. Deze zijn afgenomen; de contouren worden steeds helderder. Bijzondere aandachtspunten vormen: het terugbrengen van de door de accountant vastgestelde onzekerheden bij de controle op de jaarrekening 2015 en de kosten- en baten ontwikkeling van met name het onderdeel WMO vanaf 2018.
5. Gemiddelde lasten per huishouding: minimale verhoging (€4)
Bij de vaststelling van het herziene rioolbeheerplan-V is besloten om de rioolheffing te verhogen met € 1 per huisaansluiting. De afvalstoffenheffing wat betreft het vast-recht gedeelte blijft gelijk aan die van 2016. De overige heffingen waaronder de onroerende zaak belasting (OZB) en tarieven blijven gelijk met 2016. Wel worden ter compensatie van de prijsinflatie aangepast met + 1%. Voor het bepalen van de gemiddelde belastingdruk vormen de OZB, de riool- en afvalstoffenheffing de basis. Inclusief de doorberekening van de prijsinflatie geeft dit voor het gemiddelde huishouden een belastingdruk te zien die € 4 hoger is dan 2016.
Presentatie
In de begroting is uitvoering gegeven aan de wens van uw raad om de ramingen een “spitje dieper” dan de taakvelden te presenteren. Dit treft u als een bijlage in deze begroting aan.
Begrotingsapp
Bij de nieuwjaarsreceptie 2016 is de begrotingsapp gelanceerd. Vervolgens is, in het kader van de P&C- cyclus, de zomernota via deze app te raadplegen. De vernieuwing BBV brengt een arbeidsintensief traject met zich mee: ombouwen eigen financiële administratie en opbouwen in Pepperflow. De planning is dat deze begroting 2017 nog voor eind van dit kalenderjaar in digitale vorm voor uw raad en de burgers beschikbaar komt.
Procedure begrotingsbehandeling
- Begrotingsmarkt 4 oktober
Naar aanleiding van de positieve ervaring opgedaan bij de behandeling van de begroting 2016 zal, op basis van datzelfde concept, op dinsdag 4 oktober een begrotingsmarkt worden gehouden. In deze informerende bijeenkomst wordt de begroting in technische zin behandeld en zullen belangrijke items worden benoemd. Specifiek zal er aandacht zijn voor de uitwerking van de vernieuwing van het BBV in de begroting. Daarbij is er gelegenheid voor het verkrijgen van achtergrond)informatie via de marktkramen.
- Begrotingsvergaderingen
Ons college stelt uw raad voor om op basis van bijgaande begroting en meerjarenraming het debat over de vertaling van de bestuurlijke onderwerpen zoals in de programma’s en paragrafen zijn uitgewerkt te voeren. Dit met als doel dat besloten wordt tot de vaststelling van de begroting 2017 en ingestemd met de meerjarenraming 2018 - 2020. De begrotingsvergaderingen zijn gepland op 25 oktober en op 8 november 2016. Doordat de besluitvormende vergadering 2 weken na de opiniërende bespreking te plannen is er een ruimere voorbereidingstijd voor uw raad gecreëerd. In deze besluitvormende vergadering zal de debat-agenda als leidraad dienen.
Ambitie
Het college heeft de ambitie om het komende jaar 2017 met voortvarendheid uitvoering geven aan het coalitieakkoord 'vertrouwen in dynamisch Staphorst!', de uitwerking hiervan in het collegeprogramma en de inbreng bij de zomernota. Deze begroting 2017 geeft een leesbare vertaling van de gemaakte afspraken, de nieuwe ontwikkelingen en de financiële uitwerking hiervan.
Slot
Tot slot spreken wij de wens uit dat de gemeenteraad, onze medewerkers en wij in het komende jaar onder Gods zegen ons werk mogen doen. Mogen wij allen een open oog hebben voor Zijn opdracht zinvol om te gaan met wat Hij ons in beheer heeft gegeven en verantwoordelijkheid te nemen voor de samenleving.
Staphorst, 27 september 2016
Het college van burgemeester en wethouders van Staphorst
Drs. Th. Segers MBA P.F.G. Rossen MPM
Burgemeester Secretaris
02 | Procedure behandeling begroting 2017
02 | Procedure behandeling begroting 2017
Wie doet wat? | In de periode/ op | Wat moet er gedaan worden? | Voor? |
College van B&W |
4 oktober 2016 | Vaststellen begroting (uiterlijk). | Raad |
College van B&W/ Ambtenaren |
4 oktober 2016 19.30-21.30 |
'Begrotingsmarkt' Na een korte inleiding zal er per kraam met ambtenaren per thema/ begrotingsprogramma de mogelijkheid zijn voor uitleg en beantwoorden van technisch informatieve vragen. |
Raad |
Fin. / DIV. via Griffie. met raadsstukken |
7 oktober 2016 | Verzending begrotingen onder embargo (incl. 2 exemplaren voor de schaduwfracties; te sturen naar fractievoorzitters). | Raad |
College van B&W | 11 oktober 2016 | Persbijeenkomst Verzenden programmabegroting d.d. 4 oktober (onder embargo). Daarna vervalt embargo. |
Media |
College van B&W/ Ambtenaren |
12 oktober 2016 - 8 november 2016 |
Mogelijkheid tot contact met griffier voor het stellen van informatieve vragen. Vervolgens zet de griffier de vraag uit bij de desbetreffende ambtenaar. |
Raad |
College van B&W | 18 oktober 2016 | In het kader van burgerparticipatie uitbrengen begrotingsspecial in ‘De Staphorster’. Hierdoor wordt de burger actief geïnformeerd wat de gemeente wil gaan doen. Men kan reageren bij de fractievoorzitters (de namen, telefoonnummers en e-mailadressen worden er bij vermeld). |
Inwoners |
Voorlichting | 25 oktober 2016 | Herinnering in ‘De Staphorster’ aan begrotingsvergaderingen. | Inwoners |
Raad en College van B&W | 25 oktober 2016 | 1e Begrotingsvergadering - Algemene Beschouwingen - Politieke reacties |
Raad en |
Raad en College van B&W | 8 november 2016 | 2e Begrotingsvergadering - Debatagenda - Besluitvorming |
Raad en College van B&W |
DIV / Financiën | Uiterlijk 11 november 2016 |
Ter goedkeuring verzenden begrotingsstukken | College Gedeputeerde Staten prov. Overijssel |
03 | Uitgangspunten kerncijfers
03 | Uitgangspunten kerncijfers
Begrotingsuitgangspunten -kaders en kerncijfers
De volgende begrotingsuitgangspunten, kaders en kerncijfers zijn bij de samenstelling van de begroting en meerjarenraming 2017 gehanteerd.
01 | Algemene begrotingskaders
Gehanteerde algemene kaders:
Wettelijke bepalingen
Gemeentewet en Besluit Begroting en Verantwoording (BBV).
Coalitie- en Collegeprogramma
Het financiële kader vormt het coalitie-akkoord 'vertrouwen in dynamisch Staphorst!' en de uitwerking hiervan in het collegeprogramma.
Zomernota
De inbreng bij de behandeling van de zomernota 2016.
Toezicht provincie Overijssel
De gemeentebegroting moet voldoen aan eisen voor het repressief toezicht die de provincie stelt in hun toezichtkader.
Primaire eis is dat de begroting materieel en structureel sluitend in evenwicht moet zijn.
02 | Bij de samenstelling van de begrotingsdocumenten
De volgende uitgangspunten/kaders zijn bij de samenstelling van de (meerjaren) begroting gehanteerd:
• Basis waarop de ramingen zijn gebaseerd
- Uitkomsten voorgaande dienstjaren;
- Eventuele voorziene ontwikkelingen;
- Kapitaallasten incl. de investeringen voor maatschappelijk nut zijn geraamd op basis van afschrijvingsperiode;
- Besluitvorming raad tot en met 12 juli 2016.
• Algemene maatstaven
Inwoners 2017 16.700 inwoners
Meerjarenraming: gemiddelde jaarlijkse toename van 100 inwoners
Woningen 2017 6.050 woningen
Meerjarenraming: gemiddelde jaarlijkse toename van 25 woningen
• Algemene Uitkering
Mei-circulaire 2016
Op basis van de mei-circulaire 2016 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken zijn de algemene uitkering en de ontvangsten voor uitvoering decentralisatietaken opgenomen in de begroting en meerjarenraming. De algemene uitkering laat voor de komende jaren een (lichte) budgettaire groei zien.
September-circulaire 2016
De september-circulaire verschijnt enkele dagen na Prinsjesdag (= 20 september). Door dit (te) late tijdstip kunnen de uitkomsten niet in de begroting worden verwerkt. In het definitieve raadsvoorstel zullen wij u over de uitkomst proactief informeren.
• Lokale heffingen 2017
Kostendekkende heffingen: afvalstoffen- en rioolheffing
Kostendekkende heffingen zijn uitgangspunt.
A. Afvalstoffenheffing
Gelet op de geraamde stand van de reserve matiging afvalstoffenheffing per 1 januari 2017van ruim € 5 ton wordt het vast-recht gedeelte voor komend jaar niet verhoogd. De onderdekking als gevolg hiervan wordt gedekt uit genoemde reserve. Er wordt geen prijsinflatiecijfer toegepast.
B. Rioolheffing
Bij de vaststelling van het vernieuwde GRP-V is besloten dat de gemiddelde heffing voor komend jaar met € 1 wordt verhoogd; an € 229 naar € 230. Voor de jaren gedurende de looptijd (2017 – 2020) zal de heffingshoogte gelijk blijven. Er wordt geen prijsinflatiecijfer toegepast.
Overige belastingen, retributies en heffingen
De overige gemeentelijke belastingen en heffingen zullen uitsluitend met het prijsinflatiepercentage stijgen van 1%.
• Openbare ruimte
Areaaluitbreiding openbare ruimte meegenomen in jaarschijf 2017.
• Prijsniveau kosten derden
- Prijsniveau 2014.
- Uitgaven derden waar geen contracten onder liggen: niet verhoogd.
- Meerjarenraming 2017 - 2019: niet verhoogd, voor zover gemeente hier autonoom in is.
• Loonniveau
- Op basis van de laatst vastgestelde CAO.
- Verwachte loonsomstijging: cao (0,5%) en premiestijging (0,5%) 2017 = + 1,0%.
• Nieuw beleid
Dekkingsmiddelen exclusief rentelasten zijn opgenomen in de (meerjaren)begroting.
• Beheerplannen
Conform de vastgestelde nota’s.
• Verbonden partijen w.o. gemeenschappelijke regelingen
De geraamde bijdragen zijn gebaseerd op de aangeleverde begrotingen van de betreffende partijen.
03 | Voorbehoud
Evenals voorgaande jaren maken wij hierbij het gebruikelijke voorbehoud dat de op het moment van samenstelling bekend zijnde gegevens in deze begroting zijn verwerkt waarbij zo nodig een inschatting van de onzekerheden is gemaakt.
04 | Vernieuwing BBV
04 | Vernieuwing BBV
In dit hoofdstuk informeren wij u over de wijzigingen als gevolg van de vernieuwing BBV-voorschriften.
01 | Doel
Het doel van deze vernieuwingsvoorschriften BBV is:
1. Meer transparantie rond begroting en verantwoording en daarmee een grotere betrokkenheid van alle belanghebbenden bij het besluitvormingsproces;
2. Voor alle betrokkenen beschikbare en hanteerbare informatie over zowel de beoogde als gerealiseerde beleidsresultaten;
3. Centraal uitgangspunt: een betere vergelijkbaarheid van kosten en beleidsresultaten en daarnaast inzicht in de financiële positie van onze gemeente nu en op lange termijn.
02 | Samenvatting vernieuwing van de voorschriften
Door een daartoe ingestelde commissie (commissie Depla) zijn adviezen uitgebracht die hebben geresulteerd in de nieuwe vastgestelde regeling.
1. De programma-indeling blijft vrij; wel een vaste indeling van 50 taakvelden;
2. Een verplichte set van ruim 50 prestatie-indicatoren die in de begroting moeten worden opnemen;
3. Naast de beleidsindicatoren moeten ook verplicht een aantal financiële kengetallen opnemen, die in samenhang bezien worden maar niet worden genormeerd;
4. De voorgaande zaken zijn ook van toepassing op verbonden partijen wanneer het een gemeenschappelijke regeling betreft. Verbonden partijen worden niet geconsolideerd in de gemeentelijke begroting;
5. De huidige vormgeving van de accountantscontrole zal effectiever en efficiënter worden;
6. De overhead wordt centraal geraamd in een apart programma;
7. Investeringen met een maatschappelijk nut worden geactiveerd en over de levensduur afgeschreven.
03 | Toelichting op de samenvatting van de vernieuwingsvoorschriften
Ad 01 | Vaste taakveld-indeling
De vaste taakveld-indeling is verplicht voorgeschreven. De 50 nieuwe taakvelden vervangen de circa 105 oude IV3-functies.
Ad 02 | Prestatie-indicatoren (ruim 50)
Het doel van de nieuwe indicatoren is: meer transparantie, een betere vergelijking tussen gemeenten en het relateren van de maatschappelijke effecten aan de begroting. De indicatoren zijn getoetst aan de volgende uitgangspunten:
» De indicatoren leveren een bijdrage aan de versterking van het horizontale toezicht en stellen uw raad in staat te sturen op maatschappelijke effecten. Daarmee lopen ze parallel aan de opzet van de 3W-vragen in de programmabegroting;
» De indicatoren zijn in alle gemeenten van toepassing.
De indicatoren zijn grotendeels gebaseerd op reeds bestaande landelijke bronnen (www.waarstaatjegemeente.n.l), zodat er geen extra uitvraag bij gemeenten nodig is en alle gemeenten automatisch deelnemen aan de indicatorenlijst waardoor tegelijk de beschikbaarheid is gegarandeerd.
N.B. Er worden verschillende verplichte referentiejaren gepresenteerd waar de gemeente Staphorst geen invloed op heeft.
Ad 03 | Financiële kengetallen
De financiële kengetallen stellen uw raad in staat om de kaderstellende rol te versterken en geven meer inzicht in de financiële positie van onze gemeente. Daarnaast geven de kengetallen inzicht in welke mate we over voldoende financiële ruimte beschikken om structurele- en incidentele lasten te kunnen dekken. Deze kengetallen zijn met ingang van programmabegroting 2016 (en programmarekening 2015) verplicht gesteld en maken onderdeel uit van paragraaf 1 Weerstandsvermogen en risicomanagement.
Ad 04 | Verbonden partijen
De paragraaf Verbonden partijen is bedoeld om voornamelijk beperkt te blijven tot de financiële aspecten van de verbonden partijen. In de programma’s wordt de verbonden partij opgenomen. In de paragraaf Verbonden partijen worden de volgende partijen opgenomen:
• Gemeenschappelijke regelingen waarin wordt deelgenomen;
• Stichtingen en verenigingen waarin een financieel en bestuurlijk belang is;
• Coöperaties en vennootschappen waarin een financieel en bestuurlijk belang is.
In de paragraaf verbonden partijen is aangegeven welke informatie minimaal dient te worden vermeld.
Ad 05 | Accountantscontrole
Ten aanzien van de accountantscontrole zijn de volgende aandachtspunten/ voorschriften uitgebracht:
• Meer aandacht voor de kwaliteit van het opdrachtgeverschap van de raad is nodig;
• De controlerende accountant moet over voldoende gemeente-specifieke kennis beschikken;
• De accountant moet goed aansluiten bij de controlebehoefte van gemeenten;
• Het college is verantwoordelijk voor een rechtmatige uitvoering van de begroting; het college doet daarom mededeling over de financiële rechtmatigheid, welke vervolgens door de accountant gecontroleerd wordt;
• Ook de toezichthouder op accountants die de gemeenten controleren dient over specifieke kennis te beschikken van de governance structuur en het juridische en financiële kader van de gemeenten.
Dit alles gaat spelen met ingang van Programmarekening 2018.
Ad 06 | Overhead en kostentoerekening
Met ingang van deze programmabegroting 2017 wordt de overhead centraal begroot en verantwoord in een separaat programma = programma Overhead. Voor een nadere toelichting: zie hieronder 'Uitbreiding programmabegroting 2017 met programma Overhead'.
Het uitgangspunt is dat direct toe te rekenen kosten onderdeel uit maken van de directe producten en derhalve niet onder de overhead vallen. Voordeel is dat een complexe en ondoorzichtige kostentoerekening aan alle gemeentelijke taken en activiteiten komt te vervallen. Deze methodiek is ook van toepassing op de toerekening van rente. Hiermee wint de begroting en verantwoording in de rekening aan transparantie; uw raad kan beter sturen op de bedrijfsvoering en door het hanteren van een eenduidige systematiek is een betere vergelijking met andere gemeenten mogelijk.
Waar integrale kostprijs nog een rol speelt
Volgens deze nieuwe methodiek wordt in de begroting niet meer gerekend met de integrale kostprijs. In een aantal gevallen speelt het hanteren van een integrale kostprijs nog wel een rol. Zo zou het niet toerekenen van overhead en rente aan grondexploitaties, investeringen en andere (subsidie)projecten (die gepaard gaan met activering en afschrijving) waar vaak specifieke dekkingsposten voor bestaan, leiden tot een tekort in de bestaande begroting. Om dat te voorkomen, is in de nieuwe BBV geregeld, dat in die gevallen wel indirecte kosten worden toegerekend.
Eenzelfde effect ten aanzien van taken/activiteiten en daarmee samenhangende diensten waarvoor gemeente kostendekkende tarieven mogen berekenen (afval, riool, leges) zou het niet meenemen van overhead betekenen, dat voor die producten zelfs een positief resultaat kan ontstaan, omdat gemeenten overhead wel mogen meenemen in de berekening van de tarieven. Om verwarring te voorkomen is in de paragraaf 'Lokale heffingen' toegelicht hoe de algemene overhead zich verhoudt tot de heffingen.
Ad 07 | Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut
Voor investeringen vanaf 2017 geldt dat investeringen met een maatschappelijk nut (dat wil zeggen, investeringen in goederen die niet verhandelbaar zijn en waar geen tarief voor gevraagd mag worden, zoals bruggen, wegen) voortaan over de levensduur afgeschreven moeten worden.
Het is in onze gemeente gebruik dat deze investeringen in één keer ten laste van de reserves gedekt worden. Vanaf 2017 mag dat dus niet meer. Dit zal niet leiden tot aanpassing van het vastgestelde activabeleid en daarmee budgettaire consequenties doordat een “reserve afschrijving investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut” wordt gevormd waaruit de (structurele) jaarlijkse afschrijving zal worden gedekt.
04 | Uitbreiding programmabegroting 2017 met programma 9: overhead
Het BBV kende tot nu toe geen voorschriften voor kostentoerekening van apparaats- en personeelskosten aan producten binnen de begroting. Het enige wat voorschreven was is dat er een paragraaf bedrijfsvoering en een paragraaf lokale heffingen moest worden opgenomen.
Met ingang van programmabegroting 2017 is de overhead centraal begroot. De direct toe te rekenen kosten zullen onderdeel uitmaken van de directe producten en derhalve niet onder de overhead vallen. Praktisch komt dat er op neer dat de kosten van het MT, overige direct leidinggevenden en een groot deel van de werkonderdelen die organisatorisch zijn ondergebracht bij de afdeling Bestuurs- en Managementondersteuning nu centraal zijn opgenomen in programma 9. Dit betekent dat de kosten van de producten binnen de programma’s afnemen. Daar staan de kosten van het programma Overhead tegenover. Per saldo budgettair neutraal. Om het budgettair neutraal te kunnen laten verlopen was het wel nodig dat in de tariefstelling van de belastingen er extra comptabel rekening is gehouden met de overhead component.
05 | Zomernota
05 | Zomernota
De zomernota 2016 is op 5 en 12 juli j.l. in uw raad behandeld. De zomernota, die de status heeft van een tussendocument, is daarbij voor kennisgeving aangenomen. De aanpassingen in de begroting 2016 is door middel van een begrotingswijziging vastgesteld. Voor het eerst is deze zomernota in digitale vorm via het management informatie systeem Pepperflow aangeboden.
Presentatie zomernota
In deze zomernota is een duidelijker knip gelegd tussen de voortgang van de huidige begroting 2016 en de toekomstverwachting voor 2017. Dit sluit aan bij het dualistische stelsel namelijk de controlerende (voortgang begroting 2016) en de kaderstellende (toekomstverwachting begroting 2017) rollen van uw raad. In de werkgroep p & c zal deze aanpassing evenals de gehele p & c–cyclus worden geëvalueerd.
Behandeling zomernota
Op 6 juni zijn door uw raad (aandachts)punten in gebracht. In de zomernota is door ons college hier een reactie op gegeven. Tijdens de bespreking van de zomernota is door uw raad gereageerd, zijn aanvullende vragen gesteld, opmerkingen gemaakt, adhesie betuigd, gediscussieerd, etc. Bij de samenstelling van deze begroting is hier door ons college rekening mee gehouden.
Voorbereiding begroting 2017
Daarnaast heeft uw raad bij de behandeling van de zomernota kennis kunnen nemen van de inbreng/mening van andere fracties. Dat geeft u de mogelijkheid om in de periode tot de behandeling van deze begroting in samenwerking met andere raadsfracties (aanpassing)voorstellen voor te bereiden.
Gehonoreerde (aandachts)punten
In deze begroting zijn opgenomen de gehonoreerde nieuwe (aandachts)punten. De toezeggingen bij de behandeling worden op de gebruikelijke wijze teruggekoppeld.
06 | Programmabegroting
Totaaloverzicht lasten
Exploitatie | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Meerjarenbegroting 2018 | Meerjarenbegroting 2019 | Meerjarenbegroting 2020 |
---|---|---|---|---|---|---|
Lasten | 34.904 | 34.569 | 35.511 | 34.363 | 34.589 | 34.740 |
Baten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Gerealiseerd saldo van baten en lasten | -34.904 | -34.569 | -35.511 | -34.363 | -34.589 | -34.740 |
Toevoegingen en onttrekkingen | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Meerjarenbegroting 2018 | Meerjarenbegroting 2019 | Meerjarenbegroting 2020 |
Stortingen | 6.387 | 1.202 | 0 | 860 | 598 | 558 |
Onttrekkingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mutaties reserves | -6.387 | -1.202 | 0 | -860 | -598 | -558 |
Gerealiseerd resultaat | -41.291 | -35.771 | -35.511 | -35.223 | -35.187 | -35.297 |
Totaaloverzicht baten
Exploitatie | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Meerjarenbegroting 2018 | Meerjarenbegroting 2019 | Meerjarenbegroting 2020 |
---|---|---|---|---|---|---|
Lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Baten | -38.380 | -33.282 | -35.511 | -32.650 | -32.609 | -32.788 |
Gerealiseerd saldo van baten en lasten | 38.380 | 33.282 | 35.511 | 32.650 | 32.609 | 32.788 |
Toevoegingen en onttrekkingen | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Meerjarenbegroting 2018 | Meerjarenbegroting 2019 | Meerjarenbegroting 2020 |
Stortingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onttrekkingen | -2.910 | -2.489 | 0 | -2.865 | -2.925 | -2.931 |
Mutaties reserves | 2.910 | 2.489 | 0 | 2.865 | 2.925 | 2.931 |
Gerealiseerd resultaat | 41.291 | 35.771 | 35.511 | 35.515 | 35.534 | 35.720 |
06A | Balans
06A | Balans
Hieronder wordt de balans weergegeven van de (verwachte) stand per 31 december van de jaren 2016, 2017, 2018, 2019 en 2020.
Balans per 31 december
ACTIVA | Ultimo 2016 |
Ultimo 2017 |
Ultimo 2018 |
Ultimo 2019 |
Ultimo 2020 |
|||||
VASTE ACTIVA | ||||||||||
Immateriële vaste activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Kosten sluiten geldleningen en saldo van agio en disagio | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Kosten van onderzoek en ontwikkeling | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Materiële vaste activa | 26.384 | 36.465 | 35.465 | 35.465 | 35.142 | |||||
Investeringen met een economisch nut: - strategische gronden - overige investeringen met een economisch nut - idem waarvoor ter bestr.kosten heffing kan worden geheven |
0 18.889 7.495 |
4.193 18.064 8.054 |
3.977 17.089 8.258 |
4.477 16.324 8.084 |
5.082 15.361 8.340 |
|||||
Investeren in de openb.ruimte met uitsluitend maatsch. nut | 0 | 6.154 | 6.141 | 6.580 | 6.359 | |||||
Financiële vaste activa | 4.965 | 3.514 | 2.320 | 1.126 | 961 | |||||
Kapitaalverstrekkingen aan: - deelnemingen (kap.verstrekk., aandelen) - gemeenschappelijke regelingen - overige verbonden partijen |
214 0 0 |
214 0 0 |
|
|
139 0 0 |
|||||
Leningen aan: - woningbouwcorporaties - deelnemingen (leningen) - overige verbonden partijen |
0 830 0 |
0 749 0 |
0 668 0 |
0 587 0 |
0 505 0 |
|||||
Overige langlopende leningen u/g (hyp.len.ond.terr.) | 605 | 340 | 333 | 325 | 317 | |||||
Ov. Uitzett. met een rentetypische looptijd >jaar | 3.316 | 2.210 | 1.105 | 0 | 0 | |||||
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | ||||||||||
TOTAAL VASTE ACTIVA | 31.350 | 39.979 | 37.785 | 36.591 | 36.103 | |||||
VLOTTENDE ACTIVA | ||||||||||
Voorraden | 7.053 | 2.311 | 1.745 | 745 | -253 | |||||
Grond- en hulpstoffen: - niet in exploitatie genomen bouwgronden - overige grond- en hulpstoffen |
4.145 0 |
0 0 |
0 0 |
0 0 |
0 0 |
|||||
Onderhanden werk, waaronder gronden in exploitatie | 2.908 | 2.311 | 1.745 | 745 | -253 | |||||
Gereed product en handelsgoederen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Vooruitbetalingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Uitzettingen met een rentetypische looptijd <1 jaar | 11.759 | 7.564 | 9.877 | 10.959 | 10.788 | |||||
Vorderingen op openbare lichamen | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | |||||
Verstrekte kasgeldleningen aan openbare lichamen | 0 | |||||||||
Uitzettingen in 's Rijks schatkist <1 jaar | 8.010 | 4.594 | 6.922 | 8.019 | 7.883 | |||||
Overige vorderingen | 1.749 | 970 | 955 | 940 | 905 | |||||
Overige uitzettingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Liquide middelen | 241 | 241 | 241 | 241 | 241 | |||||
Kassaldi | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | |||||
Rabobank beleggersrekening | 240 | 240 | 240 | 240 | 240 | |||||
Banksaldi | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Overlopende activa | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | |||||
Vooruitbetaalde bedragen | 250 | 250 | 250 | 250 | 250 | |||||
Van Eur. of Ned. overh. n.t.o. specifieke uitk. | 250 | 250 | 250 | 250 | 250 | |||||
Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen | 500 | 500 | 500 | 500 | 500 | |||||
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA | 20.053 | 11.116 | 12.863 | 12.945 | 11.776 | |||||
TOTAAL-GENERAAL | 51.403 | 51.094 | 50.647 | 49.535 |
47.878 |
PASSIVA | Ultimo 2016 |
Ultimo 2017 |
Ultimo 2018 |
Ultimo 2019 |
Ultimo 2020 |
|||||
VASTE PASSIVA |
||||||||||
Eigen vermogen |
46.277 | 46.149 | 44.656 | 43.098 | 39.116 | |||||
Algemene reserve | 8.099 | 5.099 | 4.917 | 3.947 | 3.424 | |||||
Bestemmingsreserves: - voor egalisatie van tarieven - overige bestemmingsreserves |
0 38.179 |
0 41.050 |
0 39.739 |
0 39.151 |
0 35.692 |
|||||
Resultaat na bestemming: nog te bestemmen resultaat | 0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
|||||
Voorzieningen | 1.376 | 1.379 | 1.479 | 1.584 | 1.794 | |||||
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's | 1.376 | 1.379 | 1.479 | 1.584 | 1.794 | |||||
Onderhoudsegalisatievoorzieningen | ||||||||||
Door derden beklemde midd. met een spec. aanwendingsrichting | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Vaste schulden met een rentetypische looptijd >1 jaar |
1.490 | 1.062 | 614 | 144 | 99 | |||||
Obligatieleningen | ||||||||||
Onderhandse leningen van: - binnenlandse pensioenfondsen en verzekerings-instellingen - binnenlandse banken en overige financiële instellingen - binnenlandse bedrijven - overige binnenlandse sectoren - btl. Instell., fondsen, banken, bedrijven en ov. sectoren |
1.490 |
1.062 0 |
|
|
99 0 |
|||||
Waarborgsommen | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||||
Verplichtingen uit hoofde van financial- lease overeenkomsten | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||||
TOTAAL VASTE PASSIVA | 49.143 | 48.590 | 46.749 | 44.827 | 41.009 | |||||
VLOTTENDE PASSIVA | ||||||||||
Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd <1 jaar |
571 | 1.003 | 2.397 | 3.207 | 5.368 | |||||
Kasgeldleningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Kas- en banksaldi | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Overige schulden | 571 | 1.003 | 2.379 | 3.207 | 5.368 | |||||
Overlopende passiva |
1.688 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | |||||
Vooruitontvangen bedragen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||
Van Eur. of Ned. overh. Ontv., nog te besteden specifieke uitk. | 688 | 500 | 500 | 500 | 500 | |||||
Nog te betalen bedragen | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | 1.000 | |||||
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA |
2.259 | 2.503 | 3.897 | 4.707 | 6.868 | |||||
TOTAAL-GENERAAL | 51.403 | 51.094 | 50.647 | 49.535 | 47.878 | |||||
Gewaarborgde geldleningen | 1.250 | 1.200 | 1.150 | 1.100 | 1.050 | |||||
Garantstellingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |